Spetter spieter spater: op pad met regenlaarzen of wandelschoenen?

Regenlaarzen: niet ideaal voor lange afstanden

Regenlaarzen hebben heel wat voordelen. Je komt er stijlvol mee voor de dag – zéker met de hippe, kleurrijke modellen die vandaag op de markt zijn – en je voeten blijven gegarandeerd droog. Daarnaast voorkomen regenlaarzen dat de zoom van je broek nat wordt wanneer je door hoog gras wandelt. Toch zijn regenlaarzen niet in álle omstandigheden de beste keuze. Zo krijgen namelijk heel wat wandelaars blaren van dit type schoeisel. Begin dus zeker niet aan die wandeldriedaagse zonder dat je een paar ‘testkilometers’ met die nieuwe rubberen laarzen in de benen hebt! Bovendien ventileert zo’n regenlaars amper, waardoor je je omgeving weleens ongewild zou kunnen trakteren op onaangename geurtjes …

Wandelschoenen: waterdicht of waterafstotend?

Wandelschoenen bestaan in waterdichte en waterafstotende versies. De laatste houden je voeten wel droog, maar alleen als het vocht er gedurende een beperkte periode op inwerkt. Een korte wandeling in een plensbui is bijvoorbeeld geen probleem, maar lange tijd door nat gras lopen levert je wél gegarandeerd natte voeten op.

Waterdichte schoenen houden water gedurende een langere periode buiten. Toch zit ook hier een addertje onder het (natte) gras: de meeste van die schoenen laten wel degelijk water door hun buitenlaag – anders zou het met hun ventilerende eigenschappen even slecht gesteld zijn als bij regenlaarzen – maar dat vocht wordt opgeslorpt door een soort sok die binnenin de schoen zit. Het resultaat is dat je voeten droog blijven én kunnen ademen. Pluspunt: je loopt weinig kans op blaren met zulke waterdichte schoenen.